De beschikking van de 30%-regeling liep tot 1 januari 2021. Tegen die beschikking
is geen bezwaar gemaakt, zodat die beschikking onherroepelijk vaststaat. De rechtbank
komt daardoor niet meer toe aan de beoordeling of het einde van het overgangsrecht
Belastingplan 2019 in strijd is met enige wet- of regelgeving.

Hoewel een belastingplichtige een voordeel behaalt met het eigen gebruik van een woning
in box 3, hoeft hij daar niet (extra) inkomstenbelasting over te betalen.

Een bv kan geen aftrek claimen van voorbelasting over activiteiten waarvan de omzet door een zustervennootschap wordt verantwoord.
lees meer
De verhuizing naar een andere woning betekent niet per definitie dat de werkruimte in de oude woning is te heretiketteren tot ondernemingsvermogen.
De verhuizing naar een andere woning betekent niet per definitie dat de werkruimte in de oude woning is te heretiketteren tot ondernemingsvermogen.
lees meer
Een Indiase werknemer die via de regeling ‘zoekjaar afgestudeerden’ naar Nederland is gekomen, komt niet in aanmerking voor de 30%-regeling.
lees meer
De Belastingdienst gaat over het kalenderjaar 2025 nog geen boetes opleggen. Dit geldt voor zowel verzuim- als vergrijpboetes. Organisaties kunnen eerst een waarschuwing van de Belastingdienst krijgen voordat er zogenaamde boekenonderzoeken (controles) worden ingesteld. Daarnaast worden alle goedgekeurde modelovereenkomsten automatisch verlengd tot en met 31 december 2029. Met deze maatregelen geeft de Belastingdienst uitvoering aan het verzoek van de Tweede Kamer voor een zachte landing bij de handhaving op schijnzelfstandigheid.
lees meer
Volgens Rechtbank Zeeland-West-Brabant mag de wetgever wel 8% belastingrente hanteren bij aanslagen vennootschapsbelasting.
lees meer
Een werknemer die naar Nederland emigreert om andere redenen dan het vinden van een dienstbetrekking in Nederland, kan nog steeds een ingekomen werknemer zijn.
lees meer
Rechtbank Noord-Holland heeft bepaald dat de box 3-heffing voor een belastingplichtige buitenproportioneel is en in strijd met het EVRM. Het belastbaar inkomen uit sparen en beleggen van € 138.422 is verlaagd naar nihil.
lees meer
Als de feitelijke werkzaamheden van een stichting voornamelijk zijn gericht op ontspanning en vermaak voor de deelnemers, is deze stichting geen algemeen nut beogende instelling.
lees meer
Diefstalschade is meer dan normale gebruiksschade en kan dus aanleiding zijn om de afschrijving voor de BPM te berekenen volgens een alternatieve methode.
lees meer
Beweert een btw-ondernemer dat een gefactureerd bedrag voortvloeit uit een partage-overeenkomst? Dan helpt het niet als deze overeenkomst is opgesteld nadat de eerste diensten zijn verleend.
lees meer
De Raad van State adviseert om het wetsvoorstel werkelijk rendement box 3 niet in deze vorm in te dienen en de vormgeving opnieuw te bezien.
lees meer
Het zelf opstellen van facturen en deze betalen via verrekening levert volgens Rechtbank Zeeland-West-Brabant onvoldoende bewijs op om de btw terug te vragen.
lees meer
Hof Amsterdam bevestigt dat ondanks hun bijzondere kenmerken cryptovaluta vermogensbestanddelen zijn die in beginsel in box 3 vallen.
lees meer
De inspecteur hoeft een verzoek om ambtshalve vermindering van aanslagen IB/PVV over jaren vanaf 2017 niet in te willigen als dit verzoek is gebaseerd op wetgeving en rechtspraak over jaren vóór 2017.
lees meer
Rechtbank Gelderland oordeelt dat de eigenwoningregeling niet leidt tot schending van mensenrechten. Aan de fiscale wetgever komt een ruime beoordelingsvrijheid toe.
lees meer
Een dga die een kantoorpand verhuurt is een btw-ondernemer. Als hij later besluit tot transformatie van het kantoorpand in twee te verkopen woningen, handelt hij nog steeds als btw-ondernemer en is de levering van de woningen belast met omzetbelasting.
lees meer
Rechtbank Noord-Holland oordeelt dat een lening voor een woning niet kwalificeert als eigenwoningschuld in de zin van de Wet IB 2001. Er is namelijk geen contractuele annuïtaire aflossingsverplichting overeengekomen bij het aangaan van de lening.
lees meer
De Hoge Raad heeft vastgesteld dat de 30%-regeling in 2016 is geëindigd. Daardoor is bij een keuze voor partiële buitenlandse belastingplicht box 3-heffing verschuldigd over bank- en spaartegoeden en beleggingen over de periode in 2016 dat de 30%-regeling niet meer van toepassing is.
lees meer