Bezig met laden.
Een moment aub.

Nieuws
Financiëel Nieuws

09 2024  •  HR: Verhoor zonder rechtsbijstand onrechtmatig


Een bv handelt in auto’s. Zij heeft in 2015 en 2016 auto’s verkocht aan ogenschijnlijk Hongaarse afnemers, maar de auto’s zijn naar Duitsland gegaan. De verkoopfacturen vermelden dus niet de werkelijke afnemers van de auto’s. De inspecteur heeft naar aanleiding van een boekenonderzoek het nultarief op de intracommunautaire transacties geweigerd en naheffingsaanslagen omzetbelasting opgelegd. Verder heeft hij vergrijpboetes opgelegd. Deze steunen mede op verklaringen van een bestuurder van de bv. Voordat de bestuurder die verklaringen tijdens twee besprekingen ten overstaan van de inspecteur heeft afgegeven, is hem de cautie gegeven maar is hem niet meegedeeld dat hij recht op rechtsbijstand heeft. Bij de tweede bespreking was de belastingadviseur van de bv aanwezig.

Oordeel hof Hof Arnhem-Leeuwarden heeft geoordeeld dat de inspecteur terecht het nultarief heeft geweigerd vanwege fraude. Verder heeft het hof de afgelegde verklaringen buiten beschouwing gelaten, omdat voorafgaand aan de verhoren de bestuurder ook had moeten worden gewezen op zijn recht op rechtsbijstand. Zonder die verklaringen heeft de inspecteur niet doen blijken dat de bv opzet kan worden verweten. Het overige bewijs is wel voldoende voor grove schuld. Het hof heeft de boetes dan ook verminderd tot 25%.

Nultarief terecht geweigerd Volgens de Hoge Raad kan het nultarief worden geweigerd als volgens objectieve gegevens vaststaat dat btw-fraude is gepleegd of dat de bv had moeten weten dat zij deelnam aan btw-fraude. Voor de bewijsvoering van de objectieve gegevens geldt de normale maatstaf van aannemelijk maken, aldus de Hoge Raad. Op de inspecteur rust dus geen zwaardere bewijslast met betrekking tot het weigeren van het nultarief. Volgens de Hoge Raad heeft het hof voldoende gemotiveerd waarom de bv had moeten weten dat binnen de keten btw-fraude zou worden gepleegd. Het nultarief is daarom terecht geweigerd. Ook heeft het hof kunnen aannemen dat buiten redelijke twijfel vaststaat dat de bv voor leveringen grove schuld kan worden verweten ter zake van het niet op aangifte betalen van omzetbelasting. Het cassatieberoep van belanghebbende is ongegrond.

Inspecteur moet belastingplichtige attenderen op rechtsbijstand De Hoge Raad verklaart het cassatieberoep van de staatssecretaris wel gegrond. Met het hof is de Hoge Raad van oordeel dat het recht op bijstand van een raadsman ook van toepassing is bij bestuurlijke boetes. Dit betekent dat voorafgaand aan een verhoor door de inspecteur op dat recht moet worden gewezen. Indien dat niet is gebeurd, moet de rechter beoordelen of dit verzuim van dien aard is dat belanghebbende geen behoorlijk proces zou hebben gekregen als van die verklaringen gebruik zou worden gemaakt voor het bewijs voor beboeting. Het hof heeft dit laatste echter miskend, zodat de Hoge Raad de hofuitspraak vernietigt en verwijst. Tot slot merkt de Hoge Raad nog op dat bijstand van een raadsman niet betekent dat bijstand door een advocaat moet worden verkregen. Vereist is slechts dat de bijstandsverlener is staat is om effectieve juridische bijstand te verlenen in de desbetreffende punitieve zaak.

Bron: Hoge Raad 06-09-2024.

Winstuitdeling door bv leidt tot vergrijpboetes

Rechtbank Zeeland-West-Brabant heeft de vergrijpboetes gehandhaafd voor een dga die opbrengsten van zijn bv heeft overgeboekt naar een Luxemburgse bankrekening die op zijn naam staat.

lees meer
Erfbelasting voor biologische kinderen discriminerend

De Hoge Raad heeft geoordeeld dat de Successiewet 1956 in strijd is met het discriminatieverbod. Het betreft het hoge tarief erfbelasting dat van toepassing is voor een verkrijging door een kind dat niet juridisch is erkend door zijn biologische vader, maar wel een nauwe persoonlijke band (family life) met die vader had.

lees meer
Fiscus beoordeelt geen modelovereenkomsten meer

Per 6 september 2024 is de Belastingdienst gestopt met het beoordelen van modelovereenkomsten in verband met de afschaffing van het handhavingsmoratorium.

lees meer
Studie- en fitnesskosten zijn geen ondernemerskosten

Rechtbank Noord-Holland oordeelt dat een onderneemster niet geslaagd is om aan te tonen dat de opgevoerde studie- en fitnesskosten van de kinderen zijn ingegeven door zakelijke motieven.

lees meer
archief