07 2024 • Dagtekening van beslissing niet bepalend voor dwangsom
Een man heeft verzocht om ambtshalve verminderingen van de opgelegde definitieve aanslagen IB/PVV voor de jaren 2017 en 2018. Wanneer de reactie van de Belastingdienst uitblijft, stelt de man de inspecteur op 26 april 2022 in gebreke. De fiscus stuurt uiteindelijk de man op 10 mei 2022 zijn beslissing op het verzoek. De beslissing vermeldt echter 12 mei 2022. De man stelt dat de inspecteur twee dagen te laat is en daarom een dwangsom is verschuldigd. Rechtbank Zeeland-West-Brabant verwerpt dit standpunt. Niet de dagtekening van de beslissing, maar het moment van het nemen van de beslissing is bepalend voor de toets of de fiscus een dwangsom is verschuldigd. Omdat de beslissing op het bezwaarschrift is verzonden op 10 mei 2022, is de Belastingdienst net op tijd geweest. De inspecteur is daarom geen dwangsom verschuldigd.
Bron: Rb. Zeeland-West-Brabant 03-07-2024 (gepubl. 08-07-2024).
Hof Amsterdam geeft in een uitspraak ook vuistregels voor de vermindering van een verzuimboete vanwege de overschrijding van de redelijke termijn
lees meerEen stichting die een ziekenhuis exploiteert, belast de premie voor de beroepsaansprakelijkheidsverzekering door naar het samenwerkingsverband van medisch specialisten. De rechtbank oordeelt dat dit een belaste dienst is voor de omzetbelasting.
lees meerDe Nederlandse bijtellingsregeling bij privégebruik van de auto van de zaak maakt geen onderscheid tussen nieuwe of gebruikte auto’s. Dit botst niet met de Europese mensenrechten.
lees meerOm een fiscale eenheid omzetbelasting te kunnen vormen moet onder meer sprake zijn van financiële verwevenheid tussen ondernemingen. Daarvoor is een meerderheid van de aandelen in een vennootschap alleen niet voldoende.
lees meer